Audi A6  Starten en rijden  Rijden  Start-stopsysteem
Geldt voor wagens: met start-stopsysteem
De standaard start-stopfunctie kan om verschillende redenen door het systeem worden afgebroken.
Motor wordt niet afgezet
Het systeem controleert vóór elke stopfase of aan bepaalde voorwaarden is voldaan. De motor wordt bijvoorbeeld in de volgende situaties niet afgezet:
  • De motor heeft de minimaal vereiste temperatuur voor de start-stopfunctie nog niet bereikt.
  • De via de airconditioning gekozen binnentemperatuur is nog niet bereikt.
  • De buitentemperatuur is zeer hoog of laag.
  • De voorruit wordt ontwasemd .
  • De parkeerhulp* is ingeschakeld.
  • De ladingstoestand van de accu is te laag.
  • Het stuurwiel is sterk gedraaid of er wordt aan het stuur gedraaid.
  • Na het inschakelen van de achteruitversnelling.
  • Op steile helling.
Als aanwijzing verschijnt op het display van het instrumentenpaneel bovendien .
Motor start automatisch weer
Tijdens een stopfase wordt bijvoorbeeld in de volgende situaties de standaard start-stopfunctie afgebroken. De motor start weer zonder actie van de bestuurder.
  • De wagen rolt, bijvoorbeeld op een helling.
  • De binnentemperatuur wijkt af van de via de airconditioning gekozen waarde.
  • De voorruit wordt ontwasemd .
  • De rem is meerdere keren na elkaar ingetrapt.
  • De ladingstoestand van de accu wordt te laag.
  • Hoog stroomverbruik.
Als weer aan de voorwaarden voor de start-stopfunctie voldaan wordt, kan de motor opnieuw worden afgezet.
Contact wordt automatisch uitgeschakeld
Om het ontladen van de accu te voorkomen, wordt het contact automatisch uitgeschakeld als onder meer aan de volgende voorwaarden is voldaan:
  • er is al met de wagen gereden,
  • het start-stopsysteem heeft de motor afgezet,
  • het bestuurdersportier wordt geopend,
  • de bestuurdersgordel wordt losgegespt,
  • het rempedaal wordt niet ingetrapt,
  • De wagen staat stil.
In dit geval wordt het ingeschakelde dimlicht door het stadslicht afgelost. Na ongeveer 30 minuten of indien u de wagen vergrendelt, wordt het stadslicht uitgeschakeld.
Als het start-stopsysteem de motor niet heeft afgezet of indien u het start-stopsysteem handmatig heeft uitgeschakeld, blijft de motor draaien en wordt het contact niet automatisch uitgeschakeld ATTENTIE!.
ATTENTIE!
Motor nooit in afgesloten ruimtes laten draaien - gevaar voor vergiftiging!
Aanwijzing
Als u na het inschakelen van de achteruitversnelling naar keuzehendelstand D of N schakelt, moet de wagen harder dan 10 km/h hebben gereden voor het systeem de motor opnieuw kan afzetten.